We zijn gestart!!
De eerste weken van het schooljaar zijn cruciaal voor het vormen van een hechte groep – de zogenaamde – De Gouden Weken.
In deze periode wordt er gewerkt aan het groepsgevoel, de sfeer en het onderlinge vertrouwen. Dit helpt kinderen hun plek in de groep te vinden.
Ook voor de kinderen met een cognitieve – en sociale voorsprong is dit een spannend moment. Al zijn zij in hun sociale – en cognitieve ontwikkeling verder dan hun klasgenootjes, ook zij zijn benieuw naar hun plekje in de groep. Daarbij zijn de verwachtingen van een nieuwe klas, bij deze kinderen, vaak hoger dan bij een gemiddeld kind. Want in een nieuw klas ga je, zo wordt het hen regelmatig vertelt, nog meer ‘moeilijke’ dingen leren.
Vooral Ouders, grootouders en anderen in hun omgeving vertellen hun regelmatig dat DIT de plek is waar zij ECHT nieuwe en uitdagende dingen gaan leren.
Voor sommige van deze kinderen is dit het startmoment om te laten zien wat ze al kunnen. Voor anderen een groot obstakel. Want wat gebeurt er als ze falen? Ze kunnen immers nog niet alles lezen, laat staan schrijven op dat niveau.
In deze weken zullen veel kinderen hun omgeving nauwlettend observeren. Ze merken dat er veel herhaling is van voorgaande jaren. Of, in de kleutergroep, ontdekken ze dat andere kinderen niet altijd begrijpen wat de juf bedoelt. De vaardigheden en sociale ontwikkeling van hun klasgenoten zijn nog niet zo ver als die van hen. Hierdoor kunnen ze zich anders voelen, terughoudend worden in het laten zien wat ze al weten of kunnen, en zich mogelijk aanpassen aan de norm van de groep.
Uit onderzoek is gebleken dat Slimme kleuters* zich binnen de 6 weken aanpassen aan de groepsnorm. Deze kinderen zijn zich al snel bewust van het feit dat ze anders zijn dan de andere kinderen. Iets dat ze vaak helemaal niet willen. Het aanbod in de groep sluit helaas niet altijd gelijk aan bij hun behoefte, waar door de kans ontstaat dat ze gaan onderpresteren.
In de midden en boven bouw zien we dat de kinderen hun motivatie vaak verliezen, omdat ze helemaal geen uitdagende leerstof krijgen.
Als leerkracht is het belangrijk om je ervan bewust te zijn dat elk kind met verschillende verwachtingen binnenkomt, soms ingegeven door hun omgeving.
Leg goed contact met deze kinderen en observeer vooral in het begin hoe ze zich gedragen en wat ze laten zien. Ga met ze in gesprek en geef antwoord op hun vragen, want door hun hogere denkvermogen, hebben ze andere vragen dan de rest van de groep.
Geef uitleg waarom je dingen doet. Deze kinderen willen het NUT van een spel, activiteit of les weten. Zeker als je begint met het herhalen van lessen van het vorig jaar.
En, zorg op tijd ervoor dat ook zij uitgedaagd worden, in de zone van de naaste ontwikkeling. Want elk kind heeft recht om gelijk gemotiveerd aan de slag te kunnen gaan!
*Slimme kleuters; kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong op meerdere ontwikkelingsgebieden.